In het prentenboek ‘Word wakker Walter’ heeft Walter last van extreme moeheid. Hij valt overal in slaap en niets of niemand kan hem dan meer wakker maken. Wat de ouders van Walter ook proberen, niet kan hem meer wakker krijgen. In deze tekenopdracht bedenken de kinderen op welke gekke plekken Walter in slaap kan vallen.
Het boek
Zodra je het boek openslaat en de eerste zin leest weet je het al: ‘Walter was altijd moe’. Als je verder leest kom je erachter dat Walter op de gekste plekken in slaap valt. Zijn ouders brengen hem naar het ziekenhuis voor verder onderzoek, maar zelfs de professoren weten niet wat er met Walter aan de hand is.
De ouders van Walter gaan op zoek naar alle mogelijke oplossingen en reizen daarvoor stad en land door. Maar wat ze ook proberen, Walter is niet wakker te krijgen. Tot er op een dag iets bijzonders gebeurt….

De opdracht
In het begin van het boek lees je over alle gekke plekken waar Walter in slaap valt. Bespreek met de kinderen of zij wel eens op een gekke plek in slaap zijn gevallen en bedenk gekke plekken waar je in slaap zou kúnnen vallen. Na een kort gesprek leg je de tekenopdracht uit:
Alle kinderen krijgen wit papier en een kleine Walter (download hier: Word wakker Walter). Op het papier maken zij een bijzondere plek na waar Walter in slaap zou kunnen vallen. Het materiaal dat de kinderen hiervoor gebruiken kan je zelf met de kinderen afspreken; je kan tekenen, verven, krijten, etc. Als de kinderen een plek of omgeving hebben gemaakt, is het tijd voor kleine Walter. De kinderen kleuren Walter in en knippen hem uit. Daarna plakken ze hem op het papier.
Aan het einde van de les als een paar kinderen de kans krijgen om kort te vertellen over hun gemaakte werk. Wat hebben ze gemaakt? Hoe zijn ze op het idee gekomen? Hoe hebben ze gewerkt? Waar zijn ze het meest trots op?
Verder knutselen? Schrijf én bouw je eigen griezelverhaal.
